Sneak preview Jongerenbijbel

Bijbel & Wetenschap

moet je ertussen kiezen?

Oerknal versus ‘in het begin schiep God de hemel en de aarde’, evolutietheorie tegenover ‘laat de aarde alle soorten levende wezens voortbrengen’, de mens als familie van de apen of als beeld van God – de moderne (natuur)wetenschap en het Bijbelse verhaal over de oorsprong van de wereld lijken niet te combineren te zijn. En er zijn meer onderwerpen waar we tegenwoordig anders naar kijken dan de mensen in de tijd van de Bijbel: bijvoorbeeld gedrag dat toen met kwade geesten in verband werd gebracht, schrijven we nu eerder toe aan een psychische aandoening.

Moet je inderdaad een keuze maken tussen wetenschap en geloof? Of anders geformuleerd: wat heeft de Bijbel je te bieden als je moderne wetenschappelijke inzichten ook serieus wilt nemen?

Die vraag kun je verschillend beantwoorden.

Letterlijk?

Er zijn Bijbellezers voor wie de waarheid van de Bijbel dusdanig vaststaat dat ze wetenschappelijke theorieën verwerpen als die in strijd zijn met (bijvoorbeeld) het Bijbelse scheppingsverhaal. Ook sommige natuurwetenschappers nemen dit als uitgangspunt. Ze hebben alternatieve theorieën ontwikkeld over onderwerpen als het ontstaan van de aarde en alle organismen daarop. Het lastige is wel dat de mainstream wetenschap, die ook op scholen en universiteiten wordt geleerd, heel andere uitgangspunten heeft. Bovendien kun je bij een al te letterlijke lezing van de Bijbel vroeg of laat toch vastlopen. Bij veel teksten voelen we intuïtief aan dat die niet letterlijk bedoeld zijn (bijvoorbeeld de oproep om je oog uit te rukken in Mat. 5:29) of dat ze gebaseerd zijn op een heel ander wereldbeeld dan wij nu hebben (bijvoorbeeld het idee dat de aarde een schijf is met daaronder het dodenrijk en erboven de hemel, waar God woont, zoals in Job 11:8). Ook bij Genesis 1-2 kun je de vraag stellen of dit een feitelijk verslag is of een poging om diepgevoelde waarheden over God en de wereld in taal weer te geven.

 

Ontmytho-wattes?

In de twintigste eeuw zijn er pogingen geweest om de Bijbel op een andere manier acceptabel te maken voor moderne mensen: in plaats van moderne theorieën af te wijzen, schrapte men uit de Bijbel alles waar moderne mensen moeite mee zouden kunnen hebben: magie, wonderen, engelen en demonen, enzovoort. Vooral de Duitse theoloog Rudolf Bultmann probeerde door middel van deze ‘ontmythologisering’ de kern van de Bijbelse boodschap los te maken van de wereld en het wereldbeeld waarin die kern voor het eerst werd verteld en opgeschreven. Die kern was voor hem dat Jezus voor ons was gestorven en opgestaan, maar zelfs dat hoefde volgens hem niet letterlijk gebeurd te zijn om er toch in te geloven. Inmiddels zijn er nog maar weinig mensen die vinden dat je de kern van de Bijbelse boodschap kunt losmaken van de concrete verhalen die erin verteld worden.

Verschillende antwoorden op verschillende vragen

Maar is er dan geen manier om de Bijbel én de mainstream wetenschappelijke theorieën serieus te nemen? Veel wetenschappers ervaren dat dat wél kan, als je maar onderscheid maakt tussen de verschillende soorten vragen die ze beantwoorden. Heel algemeen kan wetenschap antwoord geven op vragen naar het wat, hoe, wanneer en andere feiten. Maar als het gaat om waarom- en waartoe-vragen, moeten we bij een ander adres aankloppen. Daar ligt juist de kracht van de Bijbel!

Uit Genesis 1 spreekt een diep besef van wat nodig is om leven mogelijk te maken: licht, water en een zekere voorspelbaarheid – een ritme van dag en nacht, en afgebakende grenzen voor het water. Voor al die voorwaarden zorgt God volgens de schrijvers. Het is een uitdrukking van wat de schrijvers in hun leven ervaren: God is een God die leven mogelijk maakt. Er spreekt ook ontzag uit de tekst voor hoe goed en mooi alles gemaakt is, en voor de vreugde en liefde waarmee God naar zijn schepping kijkt. Daar komt meteen een stuk verantwoordelijkheid bij kijken: als de mensen gemaakt zijn om op God te lijken, hoe kunnen we dan recht doen aan die goede en mooie schepping en het ritme dat God er ook met de sabbat in heeft gelegd?

Psalm 104 geeft antwoord op een andere vraag: zijn we hier op aarde aan onszelf overgelaten? Absoluut niet! zegt de schrijver. Met krachtige beeldtaal beschrijft hij hoe God nog steeds elke dag bij zijn schepping betrokken is.

Vanuit de ruimte

Een sprekend voorbeeld van hoe wetenschap en geloof hand in hand kunnen gaan, komt van het moment waarop voor het eerst mensen vanuit de ruimte naar de aarde keken: de bemanning van de Apollo 8. Op kerstavond 1968 lazen de drie astronauten de eerste tien verzen van Genesis. Moderne natuurwetenschap had hen op deze plek gebracht, maar hun verwondering en ontzag konden alleen door die oeroude tekst onder woorden worden gebracht.

Om over na te denken

  • Vind je dat geloof en wetenschap samen kunnen gaan? Zo ja, op welke manier geef jij beide een plek in je leven? Zo niet, waar zitten voor jou de knelpunten?
  • Hierboven wordt gezegd dat wetenschap en de Bijbel verschillende soorten vragen beantwoorden. Kun je een paar vragen bedenken waarop dit van toepassing is? Welk soort vragen is belangrijker voor jou?

Om verder te lezen

  • Genesis 1-3; Psalm 104.

Vroeger kreeg Tim Thijs het benauwd van ‘Bijbel en Wetenschap’…

Maar dat is inmiddels veranderd. Luister snel waarom!

Fix nu jouw Jongerenbijbel!